Veel coöperaties starten na de oprichting met een ledenbestuur. Met het groter en complexer worden van de onderneming nemen ook de inhoudelijke eisen en de tijdbelasting van de bestuurders toe. Veel coöperaties verruilen dan het Basismodel (waarbij de leden het bestuur vormen al dan niet ondersteund door een titulair directeur) voor het RvC+ model. Hierbij krijgt de directie ook de bestuursverantwoordelijkheid. En coöperatieleden – al dan niet aangevuld met externen – nemen plaats in de Raad van Commissarissen. Welk model uw coöperatie ook hanteert, de zeven verantwoordelijkheden gelden voor alle bestuurders: gekozen of benoemd.
