Lees verder
In een razendsnel veranderende wereld zoekt ‘het coöperatieve’ naar nieuwe uitingsvormen. De betrokkenheid van leden, de legitimatie bij stakeholders, de aantrekkingskracht op nieuwe generaties. In de praktijk werken coöperaties dagelijks in dit spanningsveld. “Wetenschap kan bijdragen aan een beter begrip van de veranderingen, de achterliggende ontwikkelingen en de verhalen die we elkaar daarover vertellen”, aldus Professor Fulton. De Canadese hoogleraar (University of Saskatchewan) was keynotespeaker tijdens het NCR Business Event op 4 juli 2018.
Wilbert van den Bosch

Innovatie staat centraal tijdens de ICA2018 Research Conference. Innovaties in het coöperatieve bedrijf, in de coöperatieve vereniging en in de maatschappij. Innovatie is immers een voorwaarde om het coöperatieve model veerkrachtig en toekomstgericht te houden. Tijdens de conferentie presenteren en bespreken internationale onderzoekers de vruchtbare gronden (‘fertile ground’) die deze innovatie kunnen bewerkstelligen.

Onder de paraplutitel: ‘Cooperatives in a rapidly changing world: Innovation in Enterprise and Community’ komen talloze subthema’s aan bod: vernieuwingen in governance, de toekomst van bestaande coöperaties, de opkomst van nieuwe samenwerkingsvormen, ledenbetrokkenheid, financiën en duurzaamheid, coöperatieve opleidingen, big data, veranderende arbeidsrelaties, etc.

Coöperatie-onderzoekers uit de hele wereld buigen zich over deze thema’s. Dat brengt ons bij een eerste vraag aan professor Fulton:

Ziet u verschillen in coöperatieve attitude tussen Noord-Amerika en Europa?

“Ik weet te weinig specifieke zaken van Nederland en van Europa om een onderbouwd antwoord te geven. Wat ik wel weet is dat je langer in een coöperatieve context moet doorbrengen om hem goed te doorgronden. Ik neem aan dat op de beide continenten dezelfde mechanismes werken. Vroeger dachten we dat mensen rationele keuzes maakten nadat ze de voor- en nadelen ervan tegen elkaar hadden afgewogen. Steeds meer zien we in dat mensen eerst een besluit nemen en dat besluit daarna rationaliseren. Het nemen van een besluit stoelt op waarden en normen. Er vindt momenteel onmiskenbaar een verschuiving plaats in waarden en normen. Maar als je zelf onderdeel bent van een tijdperk is het lastig oordelen. Grote verschuivingen zagen we ook na de beide wereldoorlogen en in de jaren ’60 bijvoorbeeld.

Die vraag naar coöperatieve attitude is een interessante. Ik sprak een collega uit Iowa. Zij vertelde dat haar grootvader een coöperatieve pionier was. Haar vader zette die koers voort. Haar broers die de boerderij overnamen, vinden zichzelf ‘price shoppers’ en verlaten de coöperaties die hun grootvader heeft opgezet. In het verleden was dat echter geen reden om het lidmaatschap te beëindigen. Het is razend interessant om die ‘norm shift’ te bestuderen.”

“Pas je coöperatieve verhaal aan aan de behoefte van een nieuwe generatie

Welke rol kan wetenschap spelen?

“Allereerst zou ik een onderscheid willen maken tussen wat we de bètawetenschap en techniek noemen enerzijds en de gedrags- en geesteswetenschappen anderzijds. De techniek en natuurwetenschappen bouwen voort op eerder verworven kennis en ontwikkelen steeds verder. In onze samenleving zijn techniek en natuurwetenschappen de norm geworden voor hoe we over wetenschap denken. De gedrags- en geesteswetenschappen daarentegen proberen fenomenen te interpreteren. Deze wetenschappen veranderen minder spectaculair. Door deze wetenschappen kennen we de achterliggende menselijke motivaties al duizenden jaren. Wat wel verandert, is de taal en de verhalen die we elkaar vertellen. Taal moeten we voortdurend herontdekken omdat het een levend systeem is. Wetenschap moet zich daarmee bezighouden. Betekent de gebruikte taal letterlijk wat men hoort of is het een expressie van iets anders? Een onderliggend probleem, een verborgen verhaal? Zodoende kan wetenschap bijdragen aan een beter begrip van de verhalen die we onszelf en elkaar vertellen.”

Wat betekent dit voor coöperaties?

“Helaas zijn er maar weinig coöperaties die zich de fundamentele vraag van normverandering stellen. Wat is er écht aan de hand? Is er ruimte voor een coöperatief verhaal in een snel veranderende wereld? Onderzoek in West-Canada wijst uit dat dat er wel degelijk is. Maar huidige coöperatieve leiders moeten hun verhaal over wat een coöperatie is, aanpassen aan de behoefte van een nieuwe generatie. Mijn hypothese is dat millennials vooral op zoek zijn naar betrouwbare partijen. Je kunt de grote socialmediabedrijven niet meer vertrouwen, je kunt de overheid niet vertrouwen, je kunt de grote ‘corporates’ niet meer vertrouwen. Daarom geven mensen van nu, weer meer betekenis aan het kleinschalige. Het bottom-upprincipe van de coöperatie past daar uitstekend bij. Maar het is een ‘extreme challenge’!

Ook millennials zelf zullen zich moeten realiseren dat het ideaal van volledige onafhankelijkheid, dat zij soms in coöperaties zoeken, niet meer van deze tijd is. Moderne coöperaties moeten bereid zijn een deel van hun autonomie prijs te geven. Samenwerking tussen coöperaties is meer dan ooit nodig, nee een voorwaarde om succesvol te kunnen zijn.”

“Er vindt een verschuiving plaats in normen en waarden

Wat is uw wens voor de Wageningse ICA Research Conference?

“De recessie van 10 jaar geleden vormde het begin van een grote normverandering. De klimaat- en migratievraagstukken zijn andere indicaties van zo’n grote structurele verandering waar we periodiek mee te maken krijgen. Wij Canadezen zijn bijvoorbeeld gefascineerd door wat er beneden onze zuidgrens gebeurt… Ik zou tevreden zijn als de Wageningse conferentie het inzicht in die mogelijk enorme normverandering kan vergroten. En als coöperaties écht gaan begrijpen dat hun sterk veranderende omgeving vraagt om nieuwe taal en nieuwe verhalen!”

Lees ook het verslag van de ICA2018 Research Conference.