Log in Item aanvragen
Crises, zoals corona, zetten leiderschap in de etalage. Regeringsleiders zijn zichtbaarder dan ooit. Zakelijk leiders tonen hun veerkracht en betrokkenheid. Of ze vallen door de mand … Van beide hebben we voorbeelden gezien de afgelopen weken. Louis van Gaal filosofeert in een recent interview (voetnoot 1) dat ‘(…) de moderne coach het antigif van de maatschappij moet zijn.’ Keizer Marcus Aurelius zocht innerlijke verrijking om zowel zichzelf als zijn rijksgenoten te leiden. En André de Boer beschrijft vanuit een spirituele traditie ‘een abc’ van leiders. Coöperatief leiderschap als antigif? Hoe ziet dat eruit?
Wilbert van den Bosch

Gif en antigif

‘Alles kan en mag tegenwoordig’, zegt voormalig bondscoach Van Gaal in het interview. ‘De permissive society’, noemt hij het, ‘de zapcultuur, de gamecultuur. Mensen worden steeds individualistischer. Die cultuur is ook de kleedkamer binnengekomen. De coach moet steeds dieper gaan in het brein van de individuele speler om ze dienstbaar te krijgen aan het collectief. Hij wordt gedwongen de hele tijd te corrigeren. Terwijl het vanuit die spelers zelf moet komen: intrinsieke motivatie.’

In sommige coöperaties zien we net als in het voetbal het gif van het individualisme oprukken. Dat is een coöperatieve crisis. Hoewel het inherent aan het coöperatieve is dat men naast de eigen activiteiten een gezamenlijke onderneming runt, is ‘dienstbaarheid aan het collectief’ niet bij alle leden een vanzelfsprekende kwaliteit. De coöperatief leider als coach van de ledengemeenschap zal het antigif moeten verspreiden, om in termen van Van Gaal te spreken.

Groepsimmuniteit

Nu