Benoemingstermijn(en) bestuurder
Om te bepalen wat een passende termijn is, wordt veelal gewerkt met de volgende factoren:
• inwerktijd: het kost tijd om ingewerkt te raken in de rol van bestuurder, maar ook in de inhoudelijke vraagstukken waarmee men te maken krijgt. De complexiteit van de coöperatie en de capaciteiten van de bestuurder bepalen hoe lang deze inwerktijd is.
• frisheid: ervaring komt met de tijd, maar deze tijd kan er ook toe leiden dat er minder scherpte ontstaat in het functioneren. Vanuit dat perspectief is er dus wat voor te zeggen om de zittingstermijn te maximeren.
• continuïteit: het bestuur bepaalt de strategie van de coöperatie. Het is daarom van belang dat er continuïteit gecreëerd wordt door een langere zittingsduur.
Bij coöperaties zien we twee typen bestuurders: leden-bestuurders en directeur-bestuurders. De leden-bestuurders zijn de bestuurders die actief zijn in het zogenaamde basismodel of als niet-uitvoerende bestuurders in